préparé:
bereid ; voltooid ; over ; klaar ; uit ; afgelopen ; geëindigd ; gereed ; voorbij ; afgedaan ; af ; beëindigd ; gedaan ; gepleegd ; voorbereid ; bedacht ; gewapend ; paraat ; voorbewerkt ; gekookt ; volbracht
préparer:
voorbereiden ; voorbereiding treffen ; bereiden ; klaarmaken ; prepareren ; brouwen ; iets toebereiden ; bedenken ; plan beramen ; verzinnen ; beramen ; zinnen ; gereedmaken ; voorbereidingen treffen ; klaarzetten ; klaarleggen ; alvast neerzetten ; gereed maken ; toebereiden ; uitspreiden ; klaar leggen ; voorbewerken ; voorwerken
Voorbeeldzin: Je me suis préparé = Ik heb mijn huiswerk gedaan. (voltooid)